terug

Rekenstoornissen

Lees-, schrijf- en rekenstoornissen: dyslexie, dysorthografie en dyscalculie vinden hun oorsprong in tekorten in het taalvermogen van het kind, terwijl er sprake is van een normale intelligentie. Het kind heeft dan problemen met het omzetten van de gesproken taal in geschreven taal (spellen). Maar ook het omzetten van schrijftaal naar spraak (lezen) verloopt moeilijk.

Bij rekenstoornissen is er sprake van een achterstand voor specifieke rekenvaardigheden.

 

De volgende kenmerken kun je vaak terugvinden bij kinderen en volwassenen met dyscalculie:

          Problemen met tellen (cijferreeksen)

          Problemen bij het begrijpen van de basis van de rekenkunde, zoals: breuken, waarde van de getallen, verbanden tussen getallen.

          Problemen met inzicht: hoofdrekenen en schatten.

          Problemen met volgorden: recepten lezen, klokkijken.

          Problemen met ruimtelijke oriëntatie en ruimtelijk inzicht: links-rechts oriëntatie, problemen met het lezen of onthouden van cijferreeksen, lezen en interpreteren van kaarten, tabellen en afmetingen.

          Problemen met teamsporten op een groot veld (hockey, voetbal).

          Problemen met het interpreteren van codes, patronen (muzieknoten), steno en talen.

          Afkeer voor strategie spelletjes en speelgoed.

          Afkeer voor rekenen.

          Traagheid

 

bovenkant